Industrieën krijgen in lozingsvergunningen steeds vaker te maken met de verplichting om onbekende stoffen te detecteren. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de non-target screening-methode. Als er een onbekende stof wordt aangetroffen met een bepaalde frequentie en/of intensiteit, dient er nader onderzoek te worden gedaan naar de toxiciteit van deze stof. Hiervoor is het noodzakelijk om de onbekende stof allereerst te identificeren.
Aqualab Zuid voert non-target screening uit op het effluent van industriële afvalwaterzuiveringsinstallaties (IAZI’s) met behulp van UPLC-QTOF voor semi-polaire componenten. De gevonden signalen, exacte massa/retentietijd/intensiteit, worden gecodeerd en teruggezocht in latere monsters. Hierdoor is het mogelijk om concentratieprofielen te maken door het jaar heen, zodat onbekende stoffen kunnen worden herkend en geprioriteerd voor onderzoek om de stofnaam te bepalen (identificatie).
Deze screening met hoge resolutie massaspectrometrie heeft als voordeel dat er direct veel informatie beschikbaar is over de gemeten signalen. De exacte massa geeft de mogelijkheid om een bruto formule te berekenen, die in de meeste gevallen bevestigd kan worden door middel van het fragmentatiespectrum. Om de identiteit van signalen te achterhalen, zijn verschillende tools beschikbaar. Zo zijn er spectrale bibliotheken en suspect lijsten; ook is er software beschikbaar om fragmentatiespectra te berekenen en te scoren. Ten slotte wordt gebruik gemaakt van een door de Universiteit van Athene ontwikkelde retentietijdindex, om een goede inschatting te kunnen maken van de retentietijd van een kandidaatstof. Wanneer de berekende retentietijdindex teveel afwijkt van de gemeten retentietijd van een onbekende, is duidelijk dat die kandidaatstof niet aangeschaft hoeft te worden.